“Dit, dat!”, roept Tibor, 1 jaar. Vanaf ons balkonnetje in Koroni kijken we uit over een Grieks blauwe zee. Er komt een jacht aanvaren. Wat zeg ik, het lijkt meer een gepimpte olietanker. Achter het jacht drijft een oorlogsschip met een enorm kanon. Snel pak ik de verrekijker. Geen videoclip van Cher. Wel dansen er Stars and Stripes in de ochtendbries.

Elke ochtend halen we aardbeien. Net als we het winkeltje binnenstappen, stormen drie matrozen naar buiten met kisten vol fruit. De eigenaar staat grijnzend in een lege winkel. “No more strawberries.” Ik kijk naar een niets vermoedende Tibor. “Who the fuck stole my son’s strawberries?” “George Bush Senior.” Wablief? Golfoorlog één, bril met elektrotechnisch montuur, vader van! Vlakbij Koroni woont een vriend van hem.

Na het ontbijt ga ik onze koffers pakken want vandaag reizen we verder. Alaude en Tibor verdwijnen in de steegjes van Koroni. Na een uur keren ze opgewonden terug.

Een helikopter vloog heen en weer. Overal politie. En ineens legde een glimmende sloep aan. Chique mannen en vrouwen met zonnebrillen baanden zich een weg door de menigte. Tibor zwaaien en roepen. “Joehoe!” Heel aanstekelijk met zijn grote blauwe ogen en rode haren.

Een van de mannen stond stil en riep: “Dad, come and see. What a great kid.” Dat was de broer van! En jahaa, toen kwam hij: George Bush Senior. Hij tilde Tibor op, aaide hem. En hij had zijn emoties best redelijk onder controle toen we zeiden dat we uit Nederland kwamen. Of we meegingen zeilen. En…

Hier onderbreek ik Alaude: “En?” Ze kijkt me schuchter aan. “Ik wist niet wat ik moest zeggen.”

Gewoon doorademen. Ze is superlief, slimme griet, knap. Er waren natuurlijk maar twee antwoorden mogelijk geweest. “Great, let’s go!” Of: “Go eat shit, man. You and your motherfucking son!”

Later die middag zien we twee zeilscheepjes roerloos aan de horizon. Er staat geen zuchtje wind.